Enkele
weken geleden gaf zij de geest. De grote wijzer van de wandklok boven de ruim
zeven meter lange boekenkast in de woonkamer bleef van de ene minuut op de
andere tussen de zeven en de acht steken. Aan de batterijen in het mechanisme
achter de wijzerplaat lag het niet. De kleine wijzer bleef op tijd rondjes
draaien. Uiteraard probeerden we de minutenwijzer weer aan de praat te krijgen.
Tevergeefs echter. We staan nu voor de keuze. Óf we laten de klok vakkundig
repareren óf we verwijderen de stilstaande grote wijzer. Klokkijken zonder minuutaanduiding
gaat heel goed. Zeker in de huiselijke sfeer heb je helemaal geen minutenwijzer
nodig. Ongeveer weten hoe laat het is, werkt prima. In de 16e en 17e eeuw wist
men niet beter. In die periode waren klokken nooit uitgerust met grote wijzers.
Elders in het huis beschikken we bovendien over alternatieve tijdmechanismen.
In de slaapkamer, in de keuken, aan onze polsen: overal kunnen we de tijd lezen.
In onze kantoorstudio hangt zelfs een dubbelzijdige stationsklok mét
secondenaald. Wat meer is: elk uur horen we in de verte een klok slaan in de gezichtbepalende
toren van de Cuyperskerk in buurdorp Kloosterburen. Dat deze klok jarenlang
iets te vroeg beierde en nu iets te laat mag de pret niet drukken. In
Kloosterburen staat nóg een kleinere kerk met een toren uit de 17e eeuw. De
wijzerplaat op deze toren heeft inderdaad maar één (uur)wijzer. Vraag niet hoe
wij erop kwamen maar pratend over al die uurwerken rondom vroegen wij ons af
hoe vaak per etmaal de grote en de kleine wijzer van een klok precies op elkaar
liggen. Enkele websites brachten na wat triviaal gesteggel uitkomst. De grote
wijzer passeert de kleine wijzer 22 keer per etmaal. Zo waren wij - niet per
seconde maar binnen het uur - ook wat wijzer.
Jelle Leenes is schrijver, journalist en publicist.
Jelle Leenes is schrijver, journalist en publicist.
Klik hier als je wilt reageren.