23 mei 2012

Fanfarronada

Vraag je vissers aan de haven in Molenrij naar hun favoriete buit dan luidt het antwoord unisono: snoek! De Esox Lucius staat met stip boven aan de hitlijst van de aardige mannen en jongens die hier regelmatig hengelen naar de vangst van hun leven. ‘Al een snoek gevangen?’ vragen wij soms tegen beter weten in - nooit zagen wij de torpedovormige roofvis aan de haak geslagen. ‘Nee,’ horen we steevast, ‘maar ze zitten hier wel hoor!’ Het optimisme van de snoekeraars voor onze deur is desondanks niet helemaal uit de lucht gegrepen. De Groninger maren zijn volgens kenners als Henk Mensinga op de website van de Vereniging Nederlandse Vliegvissers vooral in oktober en november een ‘waar paradijs voor de snoekvisser.’ Witvis zwemt dan naar de haventjes aan het einde van de maren en ‘tja de Esox is geen domme vis en trekt er ook heen.’ Het door de vette Groninger klei nogal ‘blinde’ (troebele) water in de maren schrikt de agressieve en zo nu en dan zelfs kannibalistische snoeken met hun vlijmscherpe tandjes in hun ‘snavelbekken’ klaarblijkelijk niet af. In de haven wordt niet alleen gevist. Zomers wordt er ook gezwommen. Ligt dan niet het gevaar op de loer van een pijnlijke beet - er zijn gevallen bekend van snoeken die de wiebelende tenen van zwemmers of de harige poten van honden aanzagen voor lekkere prooien of indringers? Dit snoekhappen maakten wij evenmin mee. Ook al een teken dat de snoekenpopulatie hier wel eens zou kunnen tegenvallen. Stel echter dat de vissen er wel zijn, en stel dat je ze, tegen de moraal van hengelend Nederland in, niet terugzet in het water, wat doe je dan met een snoek nadat je je eerst nog trots met je vangst laat fotograferen? Kun je snoeken bijvoorbeeld eten? Ja, vertrouwde ons eens een visser in Spanje toe. El lucio is volgens hem ‘goed eetbaar’ ook al is het dier ‘vol graat’ en kun je een snoek ter vermijding van een ‘grondsmaak’ het beste enige dagen ‘in een badkuip verwateren.’ We keken hem aan als een snoek op zolder. Was de kleine man wel zuiver op de graat? Of uitte hij slechts Fanfarronada de pescadores, visserslatijn kortom? Hoe dit ook zij, van de (weinige) snoeken in de haven van Molenrij hoef je het niet Spaans benauwd te krijgen. Je kunt er bovendien ongestoord vissen in troebel water. Dat is allerminst grootspraak.

Jelle Leenes is schrijver, journalist en publicist.

Klik hier als je wilt reageren.